De Europese Flamingo’s, Ibissen en Lepelaars staan allemaal gekend als koloniebroeders. Hierdoor komt het natuurlijk gedrag van deze 3 diersoorten het beste tot zijn recht als ze in een kolonie samenkomen.
In het Tropisch Paradijs (en in de rest van het park) zie je verschillende (aangelegde) vijvers en meren. Met deze verschillende niveaus van het water stimuleert Mondo Verde het natuurlijk gedrag bij de dieren.
Bij het verblijf van de Europese Flamingo’s zie je ook een vijver liggen. Deze vijver dient in eerste instantie als voedingsplaats voor de Europese Flamingo’s, maar de Ibissen, Lepelaars en andere vogelsoorten komen ook geregeld op visite. Hierdoor komt de gehele kolonie samen.
Het water van de vijver vult Mondo Verde 3 keer per dag bij, waardoor er nieuwe voedingsdeeltjes in het water komen. Deze voedingsdeeltjes vestigen zich op de modderige bodem van de vijver. Hierdoor stimuleert Mondo Verde het natuurlijkgedrag bij de Europese Flamingo’s (filteren), Ibissen (wroeten), Lepelaars (kopschommelen) en bij andere vogelsoorten.
De kolonie van Europese Flamingo’s in Mondo Verde krijgt een uitgebreid dieet. Naast de natuurlijke voeding, eet de kolonie in Mondo Verde ook een speciaal uitgebalanceerde flamingobrok. Deze speciale flamingobrok wordt eerst geweekt door de Dierenverzorging. Daarna geven ze het voer aan de Europese Flamingo’s. Hierdoor moet de kolonie zelf op een natuurlijke manier gaan filteren.
Boven in de bomen bij het verblijf van de Flamingo’s broeden de Ibissen en Lepelaars. Als eerste broeden de Ibissen, gevolgd door de Lepelaars. Beide vogelsoorten broeden succesvol in Mondo Verde.
In de toekomst hoopt Mondo Verde ook op een succesvolle voortplanting bij de Europese Flamingo.
Tijdens het zomerseizoen leven Europese Flamingo’s in kolonies in Europa. Tijdens de winterperiode en als het in Europa te koud is, trekt de kolonie richting Afrika en Azië. De Europese Flamingo’s komen voor bij verschillende zoet- en zoutwaterbiotopen.
Ibissen en Lepelaars komen voor op alle continenten van de wereld, met uitzondering van Antarctica. Hoofdzakelijk leven ze in tropische en subtropische gebieden. Daarnaast vind je ze ook in een gematigd klimaat terug.
Europese Flamingo’s gaan het ondiepe water in om opzoek te gaan naar voedsel. Met de poten trappelen ze door de modder heen. Hiermee jagen ze de kleine diertjes uit de modder.
Daarna doopt de Europese Flamingo zijn bovensnavel in het water. Met zijn tong perst hij het water uit de snavel, waardoor alleen het voedsel gevangen blijft in de lamellen. Dit wordt ook ‘filteren’ genoemd. Daarna slikt de Europese Flamingo de juiste voedingsdeeltjes door.
Ibissen gebruiken de techniek ‘wroeten’ met het foerageren. Ibissen voeden zich vaak bij de ondiepe delen van de wetlands. Met de lange snavel beweegt hij snel en herhaaldelijk door de modder in het ondiepe water.
Terwijl Ibissen ‘wroeten’ als voedingsmethode, is de meest kenmerkende voedingsmethode van de Lepelaars het ‘kopschommelen’. Hierbij beweegt de Lepelaar zijn brede snavel heen en weer door het water. De punt van de snavel staat enkele centimeters open en de snavel houdt de Lepelaar bijna verticaal in het water. De snavel sluit enkel wanneer voorwerpen (voedingsdeeltjes) de binnenkant van de lepel raken, die talrijke trillingsdetectoren bevat.
In het wild eten Europese Flamingo’s voornamelijk garnalen, algen, schaaldieren, weekdieren, ongewervelde dieren, kleine vissen en zaden.
Ibissen en Lepelaars zijn bij voorkeur carnivoren. Ze eten waterinsecten, insectenlarven, schaaldieren, weekdieren, kleine vissen en amfibieën. Af en toe nemen ze ook plantaardig materiaal op in hun dieet, zoals waterplanten, bessen, scheuten en wortelstokken. Bij het dieet van de Ibissen staan ook kleine kuikens van loopvogels op het menu.
Europese Flamingo’s leven monogaam. Wanneer het broedseizoen aanbreekt bij deze vogelsoort, start de paringsdans. Alle Europese Flamingo’s lopen samen, draaien de hoofden van links naar rechts en strekken de vleugels. Deze paringsdans versterkt de onderlinge band tussen het koppel.
Het nest van de Europese Flamingo, met een hoogte van 30 cm, bestaat uit modder en klei. Hierin legt het vrouwtje 1 ei. Na ongeveer 30 dagen komt het ei uit. Het kuiken heeft een grijskleurige dons met een rode rechte snavel.
Ibissen en Lepelaars leven ook monogaam. Deze vogelsoorten broeden in kolonies en met andere vogelsoorten in de buurt. De onderlinge band tussen het koppel wordt versterkt door het buigen naar elkaar, de nekken rond elkaar te houden en door het aanleveren en keuren van nestmateriaal. Ibissen en Lepelaars bouwen de nesten vaak dicht bij elkaar met meer nesten per boom. Het vrouwtje legt 3 tot 5 eieren.