De Huismus leeft in Europa, Azië, Australië, Afrika, Noord-Amerika en Zuid-Amerika.
Een mannetje herken je aan het grijze onderlichaam en een bruin bovenlichaam met zwarte strepen. Hij heeft brede en witte vleugelstrepen. Op de kop heeft een mannetje een grijze vlek met aan weerszijden een roodbruine vlek. Op de borst heeft het mannetje een zwarte kleur. De intensiteit van deze kleur geeft de dominantie van het mannetje aan. Hoe intensiever de kleur, hoe dominanter het mannetje is. De wangen bevatten een witachtige kleur. De iris is donkerbruin. De snavel bevat een zwarte kleur. De poten hebben een bruine tot donkerbruine kleur.
Een vrouwtje heeft een lichtbruin verenkleed. Achter het oog bevindt zich een lichte wenkbrauwstreep. Een vrouwtje heeft een geligere snavel.
In stedelijke omgevingen heeft de Huismus over het algemeen een doffer verenkleed dan in landelijke omgevingen.
De Huismus is een omnivoor. Ondanks dat deze vogelsoort zowel plantaardig als dierlijk materiaal kan eten, voedt de Huismus zich voornamelijk met plantaardig materiaal.
Het dieet bestaat uit grassen, maïs, haver, tarwe en sorghum, lage kruiden en onkruidzaden. Bovendien eet de Huismus knoppen, bessen en allerlei huishoudelijk afval.
De Huismus houdt van het nemen van stofbaden. De vogel buigt de poten en leunt voorover op de borst. Vervolgens gaat de Huismus aarde of water met de snavel of de vleugels gooien. Soms strekt de Huismus de vleugels uit en flapperen met de vleugels om het stof naar boven te brengen. Het stof zal uiteindelijk op de opgeschudde lichaamsveren landen.