Houtsnip
Scolopax rusticola
Habitat
De Houtsnip komt voor op de Azoren, de Canarische Eilanden, Madeira, en van het Verenigd Koninkrijk tot het noordelijke en centraal gedeelte van Europa. Bovendien leeft deze vogelsoort van Centraal-Azië tot in Sachalin (eiland van Rusland). De Houtsnip komt daarnaast voor op de Kaukasus en in bepaalde gebieden van Zuid- en Oost-Azië. Deze vogelsoort overwintert in het westen en zuiden van Europa en van Noord-Afrika tot in het zuidoosten van Azië.
De Houtsnip bewoont vochtige bossen, zoals loofbossen met een vochtige bodem. Deze vogelsoort kiest het liefst voor een gebied dat bestaat uit een bos met open plekken en plaatselijk een natte bodem. De ondergroei van het bos moet voorzien zijn van struikgewassen. Deze zullen het nest verbergen. Buiten de broedperiode leeft de Houtsnip ook in kleine bossen, singels, tuinen en dichte struwelen.
Uiterlijk
Dieet
De Houtsnip eet zowel dierlijk als plantaardig materiaal. Hierdoor staat deze vogelsoort bekend als een omnivoor.
Broeden
Het paringsseizoen start van begin maart tot en met half april. Soms broedt de Houtsnip tot in half juni. Deze vogelsoort leeft in polygynie. Dit betekent dat het mannetje met meerdere vrouwtjes paart.
Om eventuele vrouwtjes te zoeken, start het mannetje met uitgebreide baltsvluchten net boven het bladerdak. Als het vrouwtje akkoord is met het mannetje, zal ze een signaal afgeven. Hierdoor zal het mannetje naast haar neerstrijken. Het mannetje zal bij het vrouwtje blijven totdat het nest voltooid is. Vervolgens zal het mannetje zoeken naar een nieuwe partner om te paren.
Onder de struiken maakt de Houtsnip het nest in een ondiepe holte in de grond. Het vrouwtje legt 2 tot en met 6 eieren en broedt de eieren in ongeveer 22 dagen uit. Het vrouwtje verzorgt de jongen. Soms zal ze de jongen tussen de poten en buik dragen tijdens een vlucht. Na 15 tot 20 dagen vliegen de jongen uit.
Houtduif
Columba palumbus
Habitat
De Houtduif leeft in Europa en van het oosten tot het westen van Siberië. Deze vogelsoort overwintert in het noorden van Afrika en bepaalde gebieden in Azië. De Houtduif bewoont randen tussen loof- en naaldbossen. Daarnaast komt deze vogelsoort voor in parken, tuinen, standscentra en bosschages langs akkers en weilanden.
Uiterlijk
Dieet
De Houtduif voedt zich met plantaardig materiaal, zoals bladeren, knoppen, bloemen, zaden, bessen, wortels en graangewassen. Bovendien foerageert deze vogelsoort op ongewervelde dieren.
Broeden
In Nederland kan de Houtduif het hele jaar door broeden, maar meestal vindt de broedperiode tijdens het voorjaar en in de zomer plaats. Deze vogelsoort kan 3 legsels per jaar broeden.
Het baltsgedrag van het mannetje bestaat uit het zitten en lopen over een horizontale tak. Hij heeft dan een opgezwollen nek, neergeslagen vleugels en een uitgewaaierde staart. Vervolgens houdt het mannetje een baltsvlucht.
Het nest bestaat uit twijgen en heeft een diameter van 17 tot 23 cm. Het nest wordt op een hoogte van 1,50 tot 2,50 m in een vork van een boom, op een tak, een haag of op een richel van een gebouw gemaakt.
Het vrouwtje legt 1 tot en met 3 eieren. Het uitbroeden van de eieren begint bij de leg van het eerste ei. De eieren komen na 16 tot 17 dagen uit. De kuikens ontvangen de eerste paar dagen ‘melk’. De melk wordt geproduceerd in de krop van de ouder. Na 28 of 29 dagen vliegen de jongen uit.
Hoe help jij de Houtduif?
Voor de Houtduif hoef jij geen nestkast op te hangen in de tuin, want deze vogelsoort broedt niet in nestkasten. In de tuin heeft de Houtduif een hoge boom nodig om daarin zelf het nest te bouwen. Je kunt de Houtduif in de winter helpen door zaad op de grond te strooien.