Heggenmus
Prunella modularis
Habitat
De Heggenmus komt vooral in het midden en noorden van Europa voor. Er leeft een kleine populatie in het noorden van Afrika, in Turkije en in Iran.
Deze vogelsoort bewoont plekken met struiken en heggen, zoals bossen met dichte ondergroei, houtwallen, kleinschalige landbouwgebieden, landgoederen, begraafplaatsen, boerderijen, voorstedelijke tuinen, parken en andere habitatten met struikachtige vegetatie.
Uiterlijk
Dieet
In eerste instantie voedt de Heggenmus zich met Geleedpotigen. In de winter zal deze vogelsoort het dieet aanvullen met zaden.
Broeden
De broedperiode van de Heggenmus vindt van eind april tot en met augustus plaats. De Heggenmus hanteert verschillende relatievormen. Een paar kan monogaam leven, maar het mannetje kan ook meerdere vrouwtjes hebben en omgekeerd. Daarom is het ook niet raar als meerdere mannetjes het territorium verdedigen en de jongen verzorgen. Deze vogelsoort legt 2 tot 3 broedsel per jaar.
Het vrouwtje bouwt het nest dat bestaat uit een kom van twijgen, stengels, wortels, mos en gras. De Heggenmus zal met wol, haar en veren het nest omzomen. Het nest wordt op een hoogte van 0,50 tot 3,50 m geplaatst in een struik, heg of boom.
Het vrouwtje legt 3 tot 6 eieren en broedt deze in 12 tot 13 dagen uit. Alle leden van de relatie verzorgen de jongen voor een periode van 11 tot 13 dagen. Nadien zullen de jongen uitvliegen, waarbij ze nog 14 tot 17 dagen door de ouders verzorgd worden.
Hoe help jij de Heggenmus?
Aangezien de Heggenmus niet broedt in een nestkast, hoef je voor deze vogelsoort geen nestkast op te hangen in de tuin. Je kunt wel de tuin inrichten met struiken en heggen met open stukken ertussen. Hierdoor creëer je het leefgebied na.
’s Winters zal de Heggenmus het dieet aanvullen met zaden. Om hierbij te helpen kun je onder de dichte struiken of coniferen wat zaden strooien, zodat de Heggenmus deze kan opeten.